Het wetsontwerp beoogt de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in overeenstemming te brengen met de AVG.
Hierbij wordt een mentaliteitsverandering doorgevoerd. Net als de AVG die het Europees wetgevend kader inzake bescherming van gegevens vernieuwt, moderniseert dit wetsontwerp de autoriteit die de uitvoering ervan controleert. Het gaat van een adviesorgaan over naar een controleen sanctie-autoriteit. Men gaat van een orgaan met twee verschillende toezichtstelsels ten opzichte van verwerkingsverantwoordelijken van privé én overheidssector over naar een orgaan dat de verwerking van gegevens van burgers en consumenten met dezelfde strengheid zal controleren.
Het wetsontwerp voorziet in een fundamentele verandering in de structuur van de gegevensbeschermingsautoriteit. Er zullen zes organen zijn: een directiecomité, een algemeen secretariaat, een eerstelijnsdienst, een kenniscentrum, een inspectiedienst en een geschillenkamer. Het directiecomité is samengesteld uit de leidinggevenden van de andere vijf organen. Deze vijf personen zijn mandatarissen die door de Kamer van volksvertegenwoordigers worden aangesteld. Zij oefenen hun ambt voltijds uit voor een eenmalig hernieuwbare termijn van zes jaar. Zo gaat men van een commissie met 16 mandatarissen, waarvan er slechts 2 voltijds zijn, over naar een orgaan met 5 mandatarissen die voltijds met hun opdracht bezig zijn. Samen moeten zij duidelijke doelstellingen en prioriteiten stellen zodat de gegevensbeschermingsautoriteit een volwaardig instrument wordt dat de democratische waarden vervat in de gegevensbescherming verdedigt.